Bedrijfsarts Michelle van De Arbodienst: “Je staat met dit beroep middenin de maatschappij”

Bij De Arbodienst hebben we een eigenzinnige kijk op de aanpak van verzuim. Vandaag lichten we het werk van de bedrijfsarts bij De Arbodienst uit aan de hand van een persoonlijk interview. Michelle van Beek werkt als bedrijfsarts bij De Arbodienst en vertelt in dit interview alles over haar werk: hoe ze bedrijfsarts is geworden, de vooroordelen die ze had over het vak en wat het werk leuk en minder leuk maakt.

Wat doet een bedrijfsarts precies?

“Een bedrijfsarts slaat de brug tussen gezondheid en werk. In de basis zijn wij opgeleid tot arts. Een (bedrijfs)arts bij De Arbodienst ondersteunt op verschillende manieren. Dit kan preventief zijn, om ziekte te voorkomen. Ik kijk dan hoe iemand duurzaam inzetbaar blijft en proberen we samen uitval te voorkomen. Een bedrijfsarts komt ook in beeld als iemand langdurig ziek is. We onderzoeken wat er precies aan de hand is. Daarbij stimuleren we medewerkers ook om zelf na te denken over waar de klachten vandaan komen en wat diegene zelf kan doen.”

Veel medewerkers vinden het lastig om hun klachten te melden. Hoe komt dat?

“Medewerkers hebben vaak het gevoel dat ze zich niet moeten aanstellen. Het kan ook zijn dat ze klachten niet melden omdat ze hun collega’s dan opzadelen met nóg meer werk. Soms is de cultuur er op de werkvloer ook niet naar en voelen mensen niet de vrijheid om te praten over hun klachten. Daar ligt een mooie taak voor ons. Idealiter komen medewerkers preventief op gesprek. We stimuleren leidinggevenden daarom om regelmatig aan hun mensen te vragen hoe het met ze gaat, zodat er ook een cultuur ontstaat waarin iemand makkelijk aan de bel kan trekken.”

V(oor)oordelen bedrijfsarts

“Ik heb een aantal jaar in de oogheelkunde gewerkt. Werken in het ziekenhuis was fantastisch, maar ook hectisch. Ik had amper tijd om mensen uit te leggen wat de ziekte precies inhoudt. Op een gegeven moment dacht ik: ben ik hier nou de zorg voor ingegaan? Toen kwam bedrijfsgeneeskunde op mijn pad. Ik had er zelf best vooroordelen over, maar toen ik me erin verdiepte werd ik steeds enthousiaster."
 

“Ik had van tevoren wat vooroordelen over werken in de bedrijfsgeneeskunde, maar toen ik me erin verdiepte werd ik steeds enthousiaster”

"Vooroordelen die veel mensen met een medische achtergrond hebben, zijn, denk ik, dat bedrijfsartsen ongemotiveerde artsen zijn of dat zij nergens anders aan de bak konden komen. Dat beeld heb ik bijgesteld. Bedrijfsartsen hebben een hele belangrijke rol in de maatschappij. Ook in dit vak help je mensen bij het gezond blijven of gezond worden. Ik merk dat medewerkers ook soms vooroordelen hebben over bedrijfsartsen. Dat we aan de kant van de werkgever staan en medewerkers eigenlijk alleen maar weer terug aan het werk schoppen. Soms horen we van werkgevers: ‘Deze medewerker moet met spoed naar de bedrijfsarts, want ik weet zeker dat hij niet ziek is.’ Dat klinkt vreemd, en dat is het ook. De bedrijfsartsen zijn geen scheidsrechter, maar hebben een neutrale rol. Bovendien heb ik net als alle andere artsen beroepsgeheim. Ik moet natuurlijk wel iets terugkoppelen aan de werkgever, maar dat gaat altijd over wat iemand tijdelijk niet meer kan, wat er nog wel kan en wat de verwachtingen zijn.”

Meer aandacht voor de mens

“Je staat met dit beroep middenin de maatschappij. Daarnaast hebben we vaak meer tijd beschikbaar dan een huisarts om problemen uit te diepen. Het leukst vind ik dan ook het verdiepende contact met mensen. Je kijkt niet alleen naar de persoon, maar ook naar de omgeving. Hoe het thuis gaat, met het gezin bijvoorbeeld, maar ik vraag ook hoe mensen er financieel voor staan. Soms hebben medewerkers grote schulden waar ze stress van krijgen. Dan kan ik ze doorverwijzen naar de juiste hulplijn. Soms zien mensen er tegenop om weer aan het werk te gaan. Onze hulp kan dan veel betekenen. Ik begeleidde iemand die erg angstig was. Onder begeleiding van een psycholoog durfde ze steeds langer op kantoor te blijven. Vanaf het begin zat ze elk gesprek in tranen, maar ik zag haar steeds meer opleven. Als ze deze hulp niet had gekregen, zat ze waarschijnlijk nu nog steeds angstig thuis.”

Op wat voor dagen vind je je werk minder leuk?

“Sommige dagen zijn behoorlijk pittig. Zeker als je een aantal schrijnende verhalen achter elkaar te horen krijgt. Wat dan helpt, is om mijn hart te luchten bij een collega. Of na een lange dag er met mijn partner over praten, zonder natuurlijk details te noemen. Wat ik ook heerlijk vind is om even met mijn teckel te wandelen.”

Hoe lang wil je dit werk nog blijven doen?

“Tot aan mijn pensioen en misschien nog zelfs wel daarna. Werken is gezond voor de mens, als dat wat je doet goed bij je past. Bovendien is bezig zijn veel gezonder dan niets doen. Als ik tegen die tijd nog steeds fit ben, wil ik zeker nog een aantal uur per week betrokken blijven.”

Collega worden van Michelle? Dat kan! Bij De Arbodienst staan verschillende vacatures open. Zo zoeken we voor verschillende regio’s adviseurs, maar ook (bedrijfs)artsen. Vind uw ideale baan bij De Arbodienst!